Gawie Keyser – Bloedig werk


[red.]: journalist en schrijver Gawie Keyser geeft dit jaar de cursus Film & Leven in de Klas, een masterclass over film en filmkritiek voor Murmellius-leerlingen. Deze bijdrage over Uberto Pasolini's speelfilm The Return verscheen eerder in De Groene Amsterdammer (29 januari 2025).  

De Britse acteur Ralph Fiennes, genomineerd voor een Oscar voor zijn spel in de thriller Conclave, heeft in zijn carrière vele onvergetelijke rollen neergezet op het podium en het grote doek. Maar nooit bezorgde hij mij zulke koude rillingen als in zijn nieuwe film, waarin hij de op Ithaca teruggekeerde Odysseus is, de man van duizend listen vermomd als bedelaar; met slechts een vies kleed gewikkeld om zijn naakte lichaam overtrokken met oorlogslittekens.

Vervolgens de apotheose van Homerus’ epische gedicht – waarin de held van Troje met vrouw en zoon, Penelope en Telemachus, toekijkt terwijl de vrijers tevergeefs proberen zijn boog te spannen. Wie dat kan krijgt alle macht. Het lukt niemand. Dan spreekt Fiennes in zijn Engelse upper class-accent waarin de dreiging en het venijn evenwel klip-en-klaar klinken. ‘If the gentlemen are quite finished I thought I might give it a try.’

Zie Odysseus de killer. In deze film van de Italiaanse regisseur Uberto Pasolini is geen sprake van een revisionistische blik zoals in The Penelopiad (2005), waarin Margaret Atwood het verhaal vanuit het perspectief van Penelope en de afgeslachte maagden vertelt. Over dat laatste geen woord bij Pasolini. Die is alleen begaan met de man met de oude-mannenspieren die zijn leven lang niets anders dan soldaat was, die weer vader en echtgenoot moet zijn, maar op wie een laatste, bloedig werk wacht.

Als Penelope zien we Juliette Binoche, die er alles aan doet om de rol, alsof het om een Atwood-verfilming ging, diepte te geven. Maar in deze zee van testosteron is ze machteloos.

Dus boog gespannen, pijl door de ogen bovenop de twaalf bijlen heen geschoten. Vervolgens hebben de vrijers, die in Odysseus’ afwezigheid als hijgende honden achter de eeuwig wevende Penelope aanzaten, geen kans tegen Odysseus met zijn pijl en boog. Hij is een moordmachine. De massaslachting die hij aanricht is verschrikkelijk maar ook opwindend om te zien. Je voelt – proeft – de destructielust van een man die geen mens meer is.

Het bloedbad is compleet, maar waar is dit eigenlijk goed voor? Pasolini legt het fundament voor een diepere betekenis eerder, als Odysseus zich vermomd als bedelaar tot Penelope richt. Hier staat een man op zoek naar verlossing en zijn vraag weegt zwaar: ‘My queen, can the bow make a man out of a beggar?’

Als Fiennes dit spreekt… wát schitterend. Maar wat moeten we met deze macho? Een man die twintig jaar lang heeft gemoord, die in de armen lag van vrouwen zoals de tovenares van Aeaea, wil nu vergiffenis. Mij bekoort deze Odysseus, maar Penelope dan? Werkelijk, in al die jaren nóóit ontrouw? Pasolini volgt Homerus in de afwikkeling, maar Atwoods blik is scherper. Zie haar Penelope die over zichzelf en haar man mijmert: ‘Allebei zijn we efficiënte, schandelijke leugenaars.’

Loading

,