C.L. Caspers – twee kapotte gedichten


[red.] – Nogal wat oud-Griekse poëzie is bewaard gebleven op kwestbare snippers papyrus, na vele eeuwen teruggevonden in het zand van Egypte. Wat er precies op die snippertjes gestaan heeft, is wegens beschadigingen vaak nauwelijks meer leesbaar en maar ten dele begrijpelijk, maar daarom nog niet minder mooi. Het eerste van de hieronder vertaalde gedichten is van de Spartaanse dichter Alkman (7e eeuw vChr.), het tweede van de dichteres Erinna (4e eeuw vChr.).

1. maandagochtendliedje

voor Ange Mulder
	    ] olympusdochters in mijn hoofd
	    ]n muziek
	    ] zo te horen
    	    ]esstem
	    ] wel een mooi liedje zingen
	    ] zou
schokt zij de zoete slaap uit mijn ogen
    	    ] als ze me tot de orde roept
schud ik snel mijn blonde haar los
	    ]ha[      ] zachte voetstappen

verlangen mijn armen verlamt als ze kijkt
dooit het harder dan slapen of sterven 
gewoon niet normaal zo mooi als ze is
maar Αstymelousa antwoordt me niet
nee schikt haar bloemen
een ster op reis door de
heldere ruimte
een gouden tak een zachte[	]el

		]te
	      ] gaat op haar slanke enkels
	]ich de geur van chanel
            ]an meisjes woont in haar manen
   ] Αstymelousa in het geweer
   ] zorg voor de klas
	]e neemt ze
	    ] zeg ik
        ] treft want als ze haar zilveren
        ]heid
  ] of misschien de lieve goden me	
        ]en zachtjes bij de hand nam
]ndin van haar wilde zijn	
   ] zwaarmoedig kind
	   ] had ze me
	   ]te dat kind
	   ] dank

 _________

2. geniale vriendin

                                        ] zonder bladeren
                                        ] wisselt 
                                        ] maan
                                        ] kammen 
                                        ] zoetappeltjes
witte paard [                	]nzinnig stampt 
au, au! riep ik [         	] schildpadje
spelen [              		] grote erf

                      Baukje ik ben zo vreselijk verdrietig  
                      wat we samen deden trok sporen in mijn hart                      
                      het vuur is uit de haard nog warm

barbies [                		        ]eisjes slaapkamer
verliefd [                        	        ] je moeder ’s ochtends 
vroeg [                       		] met hun handwerk
bracht ze je [                     	] met zout 
zo klein [                    		] bang voor de heks 
met op haar hoofd [               	] voeten
rondloopt [                 		] anders uitziet 

                      maar wat je moeder je vertelde vergat je
                      want opeens was je geen kind meer 
                      maar verloofd en dat alleen al
                      lieve Baukje ik ben zo verdrietig
                      ik durf geen voet te verzetten 
                      kan niet naar je kijken niet om je huilen 
                      mijn onbedekte haren en ik schaam me 
                      om de kleur die ik krijg als ik aan je denk

vroeger altijd [ 
negentien [ 
voor je vriendin [ 
haar spinrokken [ 
reken maar van [ 
om mijn oorbellen [ 
schaam me [ 
meisjes[ 
en ik keek [ 
mijn haren [ 
vriendelijke broze [
    
                      arme lieve Baukje ik ben zo vreselijk verdrietig
                      het gloeit aan mijn ogen honden
                      janken in mijn oren 
o dat huwe[ 
even aanraken [ 
maar één ding, huwe[ 
arme Baukje


Loading