C.L. Caspers – het Parisoordeel (een koningslied)


Grote Beer

de koning slaapt slechter
sinds hij de oorlog heeft verloren
en met minder aandacht
in zijn blote lijf 
de blauwdruk van een haagse villa
lapis lazuli stilstand water
kraters

kon je hem nou echt niet reiken
wat hij zo hard nodig heeft
nu hij op beton moet slapen
ziek van omzien naar de enkels 
van zijn zusje

kleine moeite zou je zeggen

nee niet weggaan
nee niet zeggen 
laat hem zelf maar
tot de slotsom komen
dat er niets te kiezen viel
toen men hem zei te kiezen

Draak

een been bleef korter want het brak
voor het volgroeid was
aan de scheen
en scheen
zich slecht te willen laten zetten

zou jij je willen laten zetten
door een man met van die grote handen
en een air van weten wat hij doet
het nodige papier 
z’n eed gezworen
die je wel even zetten zal nadat je brak soms

nou zo wordt dus een draak

of bij een vuurplaats van vaalgele baksteen
waar we oud hout verstookten
en de vonken strepen trokken door het donker

draken heb je overal

ze zijn de kortste weg van a naar b
de krullen van antinoüs
het vluchtplan van een zwaluw
of een mug

ze zijn zelfrijzend bakmeel
de onmogelijke nacht

Kleine Beer

de koning wordt wakker
zijn gezicht is links zwaarder
het neusgat verstopt

mooi dat van het lange liggen
slechts dit lichte onbehagen 
hangen blijft

van het telkens voor het ophield weer beginnen waar het ophield
dat hij weet niet beter of het is
hoe men leert lopen in zijn slaap

nee niet eerst de helft van de helft van de helft
geen schildpad zo traag
immers of je kunt er wel voorbij
met een stap die maar een kleine is
for [a] man (or a storm)

Cepheus

het is vlak voor het ontbijt
er is vla voor het ontbijt
maar de koning proeft onraad
schrijdt naar zijn venster en kijkt

het werkt
machines kauwen grond en bomen

sta je dan
met om je slappe billen de onderbroek waar je in sliep
en om je doffe ballen de lauwte van je bed
sta je dan en kijkt

toe

laat je nou verrassen
het is al vijftig jaar geleden
dat je naar m’n enkels keek
in het pas gemaaide gras
en zei het zijn net
draakjes
je enkels in het pas gemaaide gras
 
Cassiopeia

ver weg breekt glas
vallen glazen flessen 
van een grote hoogte

		zo
vallen keien
		zo
glijdt lei van het dak van een gîte in de ardennen 
dat brak van de regen
breekt in splinters
		zo
breek je je gebit aan het maanoppervlak in scherpe splinters
		zo
breken wolken in dikke druppels
die vallen
glazen flessen van grote hoogte
eerst ver weg
dan vlak bij 
		zo
is ook de oorlog verloren
toch koning van het ene
monument op het andere
               zo 
raakt ook onschuld verloren

Zwaan

die villa met z’n
arrogante vensters z’n
achterlijk gazon
apollolaan elf als ik me
goed vergis in juni
we zaten huis voor een
russisch echtpaar
aten tulband met sukade
uit hun oven
spookten in hun lakens
plonsten in hun branding
speelden mikado en memory

er was een schuurtje vol gereedschap 
dat we meden
maar we kurkten wel hun wodka
en gumden onze namen
in hun verzameld werk

er was een kinderkamer ergens boven
met een dartboard aan de muur
maar geen darts om mee te gooien
en een schaakbord met een eindspel
dat remise geven zou

beneden was een suite
door de deur viel licht met kleuren
op de gang stond een schimmel

behalve tulband aten we weinig

we zorgden voor de planten
maar toen het zo hard stormde
liep wel mooi de kelder vol

Andromeda

het is vijftig jaar geleden
dat we in het weiland sliepen

drie vrouwen wilden weten
wie van hen haar tanden op die appel stuk mocht bijten
en de koning koos
alsof er iets te kiezen was
alsof er wat te kiezen viel

alsof hij zo dat ene been weer even lang kon maken

koningen zijn het verschil
koningen komen van zeus
een koning denkt niet in stappen

koningen denken in faits accomplis
koningen zijn geen draken

oh koning
had nou gewoon je mond gehouden

(2019/2024)

Loading